De profeet Jesaja zei het volgende over Israël: "als de inwoners van Sodom lopen ze met hun zonde te koop" (Jesaja 3:9). Deze woorden beschrijven ook onze samenleving, onze natie heeft gezondigd zoals Sodom gedaan heeft. We zijn een samenleving geworden waar zonder enige schaamte iedere goddeloze handeling plaats kan vinden. Ik geloof dat we aan het randje van de afgrond staan.

Zelfs de wereld deelt in de mening dat het te ver gegaan is. Ik las onlangs een krantenartikel waarin rocksterren werden ge-quote die enkele jaren geleden bekend werden vanwege hun immorele gedrag op MTV. Vandaag zijn deze zelfde muzikanten verbijsterd vanwege de vreselijke smerigheid die over Amerika wordt uitgespuugd. Ze zeggen dat de immoraliteit die ze zien gebeuren het ergste is wat ze ooit gezien hebben. Nog maar een paar jaar geleden waren deze entertainers er trots op dat ze de immoraliteit naar nieuwe hoogtes hadden gebracht. Maar nu schudden ze hun hoofd in afschuw vanwege hetgene dat ze zien. Ze geven toe "Zelfs wij kunnen niet omgaan met wat er vandaag de dag gaande is. Dit land is een stap te ver gegaan".

Hoe zal de Heer reageren op deze schaamteloosheid? Toen het kwaad overvloedig was in Israël reageerde God met een economische ondergang en depressie. Het lijkt erop alsof de enige manier waarop Hij aandacht kan krijgen van mensen is door hun levensonderhoud weg te nemen: "De opperste, de almachtige Heer breekt alle fundamenten weg onder Jeruzalem en Juda. Hij ontneemt hun: alle voorraden brood en water" (Jesaja 3:1).

Ik geloof dat economische moeilijkheden ook de enige manier is waarop God de aandacht van de huidige samenleving kan trekken. Hoe kan Hij anders grip krijgen op deze natie die gek is op zonde dan door iedereen te raken in de portemonnee? Hij zegt ons hetzelfde als Hij tegen Israël zei: "Ik ga jullie economie in de problemen brengen, jullie zullen mij jullie jaren van voorspoed zien wegsnijden".

Jesaja beschrijft vervolgens een ongebruikelijk tafereel: "Met zeven tegelijk zullen jullie één man vastgrijpen: Trouw toch met ons, neem de schande van ons weg, we zorgen zelf wel voor voedsel en kleding!" (Jesaja 4:1). Zeven maagden probeerden een speciale regeling te treffen door met een bepaalde man te trouwen. Maar er wordt hier niet gesproken over liefde of verkering. Er wordt geen woord gesproken over verloving, intimiteit, het verlaten van anderen en trouw blijven.

Wat is hier aan de hand? Jesaja vertelt ons: "Deze vrouwen willen geen echtgenoot om van te houden of die hun in hun noden voorziet. Het enige wat ze willen is zijn naam. Ze zijn op zoek naar een liefdeloos, vrijblijvend huwelijk om hen te voorzien van een bepaalde status".

Heel vaak staat het nummer zeven in de Schrift voor geestelijke dingen. Waarschijnlijk vertegenwoordigen deze zeven vrouwen een bepaald volk waarvan het lijkt dat ze deel uitmaken van Gods Koninkrijk. Ze zegen tegen deze man: "We zullen voor onszelf zorgen. Het enige dat we willen is uw naam om zo onze schande weg te nemen. We willen dat het voor de buitenwereld lijkt alsof we goed zijn, en uw naam zal ons van deze status voorzien".

Ik geloof dat Jesaja hier spreekt over de kerk. En de man waar deze zeven vrouwen mee willen trouwen in Jezus. De profeet illustreert hier iets heel belangrijks. Hij zegt dat in tijden van onrust, nep-gelovigen zullen proberen om een schijnhuwelijk te hebben met Christus. Maar zulke gelovigen zijn slechts naam-Christenen. Ze willen geestelijk lijken, en beweren dat ze deel uitmaken van het Koninkrijk van God. Maar ze proberen gewoon een deal te maken met de Heer. Ze zeggen "Ik wil U Heer. Maar ik wil ook mijn eigen gang kunnen gaan en mijn eigen dingen blijven doen. Geef me gewoon Uw Naam, ik wil gezien worden en bekend staan als de Uwe, als Uw bruid".

Zulke mensen willen niet gekleed worden door Christus met een mantel van gerechtigheid. Ze willen geen intimiteit met de Heer en ze willen ook niet afhankelijk van Hem zijn. Ze willen alleen maar voor zichzelf leven. Ze willen geen verplichtingen, geen toewijding doen. Door hun houding zeggen ze tegen de Heer "Laat me genieten van deze Naam, dan zullen anderen denken dat ik goed ben".

We zien de profetie van Jesaja op dit moment vervuld worden. Kerken rond de hele wereld zijn gevuld door miljoenen mensen die zichzelf Christen noemen maar geen intimiteit kennen met Christus. Ze besteden geen tijd in gebed met Hem, ze pakken niet hun Bijbel op om te zien wat Hij van hen verlangt. Het is ongelooflijk, God blijft deze mensen geduldig verdragen en zegent hen. Maar ze kunnen niet eens een simpel "Dank U Heer, wat wilt U met mijn leven" over hun lippen krijgen.

Op de een of andere manier hebben deze mensen zichzelf verbonden aan de Naam van Christus, maar dat hebben ze geheel op eigen gelegenheid gedaan. Onze Heer wil geen deel uitmaken van een dergelijke regeling.

De wijze maagd heeft een grote passie voor de bruidegom. Ze verlangt continu naar intimiteit met Hem: "Mijn lief is van mij en ik ben van hem" (Hooglied 2:16). De hartekreet van de ware Christen is: "Heer, ik wil niet slechts Uw Naam. Ik wil U op alle momenten, ik denk iedere nacht aan u als ik ga slapen. En iedere morgen als ik op sta gaat mijn hart naar U uit".

"Wij richten ons naar uw uitspraken, wij zien uit naar u. Uw roem verkondigen, dat is ons verlangen. Reikhalzend kijk ik naar u uit, zelfs ’s nachts verlang ik naar u. Want wanneer u de aarde vonnist, leren mensen wat gerechtigheid is" (Jesaja 26:8-9)

Ja, de ware gelovige verklaart: "Ik verblijd mij zeer in de HERE, mijn ziel juicht in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen des heils, met de mantel der gerechtigheid heeft Hij mij omhuld, gelijk een bruidegom, die zich als een priester het hoofdsieraad ombindt, en gelijk een bruid, die zich met haar versierselen tooit" (Jesaja 61:10)

En op die dag zal het geschieden (Jesaja 4:1)

De Heer schudt nu onze natie. En we staan op het punt om Jesaja's profetie vervuld te zien worden. God zal met ons afrekenen zoals Hij dat gedaan heeft met Sodom en Gomorra omdat "de knaap zal op de oude en de verachte op de geëerde losstormen" (Jesaja 3:5).

Spoedig zullen de rechtvaardige oordelen van de Heer duidelijk zijn voor iedereen; wanneer hij begint om de welvaart weg te snijden. En terwijl "die dag" nadert zullen velen beweren getrouwd te zijn met Christus. Maar ze zullen slechts in naam met Hem verbonden zijn. Tragisch genoeg zullen ze niet van Hem zijn.

We zullen ook getuige zijn van een ongelooflijk tafereel uit de gelijkenis van Jezus: "Toen de bruidegom maar niet kwam, werden ze allemaal slaperig en ze sliepen in" (Matteüs 25:5). Alle maagden, zowel de dwaze als de wijze, waren aan het slapen. Christus beschrijft hier een sluimerende gemeente vlak voor Zijn komst. Hij waarschuwt in Marcus: "Waakt dan, want gij weet niet, wanneer de heer des huizes komen zal, laat in de avond of te middernacht, bij het hanegekraai of des morgens vroeg, opdat hij niet, als hij plotseling komt, u slapende vinde. Wat Ik u zeg, zeg Ik allen: Waakt!" (Marcus 13:35-37).

Ik vind dit beeld uit de gelijkenis van Jezus moeilijk te bevatten. Hoe kunnen deze wijze maagden aan het slapen zijn? Hoe kan een godvruchtig dienaar, die zich al zo lang heeft voorbereid om de komst van Jezus, aan het slapen zijn terwijl de Heer nadert?

Op dat moment begon ik de harde waarheid van Zijn gelijkenis te zien. Ik herinnerde me Zijn profetie dat in de laatste dagen er een grote afval zal zijn in de gemeente. En ik herinnerde me Paulus' vermaning: "Het is tijd om wakker te worden en op te staan. Onze bevrijding is nu dichterbij dan toen we begonnen te geloven" (Romeinen 13:11). Paulus' waarschuwing suggereert dat vlak voor de terugkeer van Jezus er een grote slaap zal vallen over vele Christenen. Zelfs de rechtvaardigen lopen het risico om in slaap te vallen.

Paulus waarschuwde ook: "Daarom heet het: Ontwaak, gij die slaapt, en sta op uit de doden, en Christus zal over u lichten. Ziet dus nauwlettend toe, hoe gij wandelt, niet als onwijzen, doch als wijzen, u de gelegenheid ten nutte makende, want de dagen zijn kwaad" (Efeziërs 5:14-16). De apostel dringt er op aan "Wordt wakker heiligen! Wees geen slapende maagd! Wees wijs, en blijf waakzaam voor de komst van de Heer".

Vergis u niet over wie Paulus aanspreekt hier. Hij spreekt hier tegen "de volgelingen van God ... geliefde kinderen" (5:1). Hij zegt ook: "We moeten dan ook niet slapen zoals de rest van de mensen, maar waken en nuchter blijven. Want wie slaapt doet dat ’s nachts, en wie zich bedrinkt evenzo" (1 Tessalonicenzen 5:6-7).

Veel gelovigen zullen beproefd worden door deze grote slaap. Op dit moment leven we in een donker uur, en middernacht komt er al snel aan. De terugkeer van onze Heer is dichterbij dan ooit. Maar als ik om me heen kijk zie ik veel gelovigen in een diepe slaap vallen. Het is waar, gedurende de jaren heeft deze geest van slaap al velen in z'n grip gekregen.

Sta eens stil bij een man die beweert een Christen te zijn. Deze man bidt zelden tot nooit. Maar hij zit wel urenlang achter zijn tv naar sport te kijken. Hij heeft ook tijd voor allerlei hobby's en vrije tijdsbestedingen zoals jagen en vissen. Maar hij maakt totaal geen tijd voor de Heer. God is genadig met deze man. Hij zegt hem, zorgt voor z'n gezin. Maar deze zelfde man die beweert van Christus te houden kan het niet eens opbrengen om vijf minuten op zijn knieën te gaan en te zeggen "Dank U Heer". Hij loopt het gevaar om een naam-Christen te worden.

Sta nu eens stil bij een vrouw die beweert Christen te zijn. Ze hangt urenlang aan de telefoon met haar vrienden. Ze heeft iedere avond tijd om haar favoriete tv programma's te bekijken. En ze vergooit uren van haar tijd met het lezen van romannetjes. Maar ze heeft geen tijd voor intimiteit met Jezus. Als ze bidt dan is het slechts af en toe, wanneer er bijvoorbeeld een moeilijkheid in haar gezin is. Maar ze heeft de Heer simpelweg niet vaak in gedachte. Zij loopt ook het gevaar om een naam-Christen te worden.

Zulke gelovigen zijn niet voorbereid voor de terugkeer van de Heer. Met iedere dag die voorbij gaat sterven hun lampen langzaam uit. De magere relatie die ze hebben met Jezus zakt langzaam weg. Maar de Schriften geven ons een duidelijke waarschuwing: "hoe zullen wij dan ontkomen, indien wij geen ernst maken met zulk een heil" (Hebreeën 2:3).

Waarom zou de Heer slapende, lauwe, ongeïnteresseerde volgelingen met Hem in de hemel willen hebben? Waarom zou Hij diegene willen die zich voor Hem schamen hier op aarde, voor diegene die zich vervelen met de dingen van God, die zich niet interesseren in de gemeente, die geen gemeenschap en intimiteit hebben met Christus? Ons doel in de hemel is de Heer aanbidden en Hem voor eeuwig te dienen. Hoe kan iemand verwachten te kunnen genieten van een eeuwigheid daar, als ze een wandel met Jezus hier niet eens kunnen tolereren?

Sommige zullen misschien reageren "Het zal anders zijn als ik sterf, ik zal dan plotseling veranderd zijn. De Heer zal me op dat moment een nieuw hart geven, dan zal ik Hem willen aanbidden".

Maar ik zeg dan dat de dood helemaal niets zal veranderen. U zult bekend zijn zoals u nu bekend staat. En het karakter dat u hier bezit is hetzelfde karakter dat u bezit wanneer u voor de Heer moet verschijnen. Als u nu een bankhanger bent, dan zult u datzelfde karakter dan ook hebben. Als u sterft als een halfhartige gelovige, een naam-Christen, dan zult u ook zo geopenbaard worden op de dag des oordeels.

De Bijbel zegt dat wij allemaal voor de rechterstoel moeten verschijnen. En wanneer die tijd komt zal de Heer van ons om verantwoording vragen over ons leven. Hij zal van ons eisen dat we verklaren hoe we onze tijd hebben besteed. Hoe denkt u dat u zult reageren? Hij schrijft alles op wat u hier doet en zegt. U zult niet in staat zijn om wat dan ook te ontkennen wanneer uw boek geopend wordt. Zal dit boek openbaren dat u Hem nauwelijks een gedachte gunde?

U zult misschien beweren "Nou, ik weet dat God van mij houdt!"

En ik zal reageren: "Natuurlijk houdt Hij van u. En er zullen vele anderen zijn, net zoals u, op die dag van wie de Heer houdt. Maar Hij is ook een God van gerechtigheid en rechtvaardigheid. Daarom stierf zijn volk in rebellie in de wildernis van het Oude Testament, zelfs als zegt de Bijbel keer op keer dat God van hen hield. Het feit is dat ze het nooit hebben toegestaan dat hun harten veranderde. En velen wandelen over datzelfde pad".

Begrijp me niet verkeerd. God houdt en hunkert naar Zijn berouwvolle maar slapende mensen. Het enige dat Hij van hen wil is een open hart om Zijn stem te verstaan, en een passie om van Hem te horen. Maar zelfs nadat ze waarschuwing na waarschuwing gehoord hebben negeerde vele ware gelovigen de Heer ook, en ze verwaarloosden Zijn gift van verlossing. In mijn geest hoor ik Jezus over zulke mensen zeggen "Ze verwaarlozen niet alleen Mij, en ze hebben niet alleen alle passie voor Mij aan de kant gezet. Ze denken niet eens meer aan me! Ik kom niet eens meer in hun gedachtes voor!".

Hier is een liefdevol, waarschuwend woord aan alle "wijze maagden" die zijn begonnen te sluimeren

Als ik Gods verdriet tot uitdrukking kon brengen dan zou ik het zo brengen: De Heer heeft verdriet over de menigte mensen die ooit wijze maagden waren. Op een bepaald moment verlangde deze mensen naar Zijn komst en bereidde zich ijverig voor om Hem te ontmoeten. Ze waren klaarwakker, hun harten stonden in vuur en vlam, hun gedachten en hun ziel waren vol passie voor Christus. Maar na verloop van tijd begonnen deze zelfde wijze maagden zich van Hem af te keren. Na een tijdje gingen ze een grens over, en nu bevinden ze zich in het gezelschap van de dwaze maagden die Jezus beschreef.

U zult misschien zeggen "Ik ben niet zoals die dwaze maagden! Ik geef het toe, ik ben niet langer meer die getuige die in vuur en vlam staat voor Jezus. Maar ik heb niet het gevoel dat ik een grens overgegaan ben. Ik hou nog steeds van Hem, ik lees mijn Bijbel, ik ga trouw naar de kerk en ik ben een toegewijd echtgenoot en vader".

Maar heeft u een passie voor Christus? Hongert en dorst u naar meer intimiteit met Hem? U belijd wel uw liefde voor Hem, maar is het koud of lauw?

Als u werkelijk een wijze maagd bent - als u nooit uw intieme liefde voor Jezus verlaat - sta dan eens stil bij deze waarschuwing uit spreuken: "Luiheid doet in diepe slaap vallen en de trage moet honger lijden" (Spreuken 19:15). U zult uzelf misschien niet zien als lui. Maar het is het exacte woord om het geestelijke slijk van veel Christenen te beschrijven die ooit gepassioneerd waren voor Jezus.

Luiheid kwam over hen heen toen ze dwaze en vleselijke dingen begonnen toe te staan in hun leven, dingen die ze eerder nooit accepteerden. En terwijl ze zich in deze dingen lieten wegzakken, begon heel langzaam hun ijver ook af te nemen. En al snel begon hun tijd van toewijding en gebed te verdwijnen. En stukje bij beetje veranderden ze in halfhartige, lauwe gelovigen. En na verloop van tijd vielen ze in een gevaarlijke slaap.

Ik wil u het volgende vragen: Begint u lui te worden in uw liefde voor Gods Woord? Besteed u uw tijd niet langer nuttig, maar besteed u nu uren op het internet of achter uw televisie? Neem de heldere waarschuwingen uit de Schrift serieus: als u traag wordt, in een geestelijke slaap valt, dan zult u uiteindelijk een grens overschrijden waarvan u nooit gedacht had dat het mogelijk was. En u zult u zelf in het gezelschap van dwaze maagden werpen. U zult overgegeven worden aan een diepe slaap. en voordat u het zich realiseert zal de vlam van uw lamp van voorbereid gaan flikkeren en sterven.

Deze hele kwestie van slapende Christenen brand nu al jaren in mijn ziel. Ik geloof dat God dezelfde boodschap vandaag de dag tegen veel andere herders spreekt, zoals Hij dit ook deed tegen de oude profeten. Maar veel van Gods woordvoerders zijn in slaap gevallen, net zoals de schapen die ze onder hun hoede hebben. Jesaja beschrijft datgene wat we vandaag de dag zien wanneer hij het uitschreeuwt: "Want wie over het volk moeten waken, zijn volslagen blind, zij missen elk inzicht. Stomme waakhonden zijn het, blaffen kunnen ze niet, ze liggen liever lui te dromen" (Jesaja 56:10)

Naam-christenen zullen buiten het plan dat God met hen had gezet worden

De dwaze maagden waren niet aanwezig bij het huwelijksmaal, ze waren compleet buitengesloten. De gelijkenis van Jezus geeft ons een heldere waarheid die we moeten accepteren: Toen de Heer kwam werden alleen diegene die waren voorbereid toegestaan om met Hem mee te gaan.

Volgende de gelijkenis werd er midden in de nacht geroepen (Matteüs 25:6). Als ik zo om me heen kijk naar het religieuze toneel van vandaag de dag zie ik niet alleen luie herders en slapende gelovigen. Ik zie ook Christenen die gek zijn op pleziertjes, die onbevreesd en hals over kop achter allerlei lusten aan rennen. Maar ongeacht al deze goddeloosheid en luiheid, heeft God Zijn volk niet verlaten. Nee, Hij heeft Zijn trouwe herders opgeroepen om een waarschuwing uit te roepen. En Zijn heilig restant van wachters zal niet het zwijgen opgelegd worden. Ongeacht dat ze worden bespot, veracht en belachelijk worden gemaakt, blijven deze dienaren de boodschap uitroepen die brand in hun harten: "Het middernachtelijk uur is gekomen. En de bruidegom komt er aan voor Zijn bruid, Jezus zal spoedig aan de deur staan. Christen, wees klaar om uw Heer te ontmoeten!".

Hier is de schreeuw van dit moment: "Wees klaar". Bent u er klaar voor? Heeft u voorbereidingen gemaakt om oog in oog met Jezus te staan?

Maar de Bijbel leert ons ook dat er een tweede roep gehoord zal worden, we horen deze roep nu nog niet maar zullen dit spoedig wel doen. We zullen het horen wanneer God machtig begint te bewegen om aandacht te krijgen van een terug gevallen wereld. En we zullen het horen wanneer we Jezus' woorden voor onze ogen vervuld zien worden: "De mensen zullen sterven van angst voor wat er over de wereld komt, want de hemelse machten zullen wankelen" (Lucas 21:26).

Diep van binnen weet iedereen in dit land, en rond de hele wereld, dat de mensheid een kritiek punt bereikt heeft. Er is een innerlijke kennis dat deze wereld niet kan door blijven gaan zoals het nu is. Er moet iets bovennatuurlijks gebeuren, er moet iets van een soort interventie van boven komen. Rondom ons heen zijn overal tekens dat de Heer spoedig terugkeert.

Die dag komt steeds dichterbij. En terwijl dat moment nadert zal de duisternis en de verwarring op aarde toenemen. De fundamenten van iedere samenleving zullen tot in hun kern geschud worden. Zelfs op dit moment zijn er Joden die over de hele wereld roepen "Onze Messias komt er aan. We kunnen voelen dat Hij vlak voor de deur staat".

Wanneer het moment van de komst van onze Heer eindelijk komt, zal deze roep vanuit de slapende kerk opstijgen: "Onze lampen zijn uitgegaan!". Velen zullen zich realiseren dat ze niet hebben wat nodig is om te volharden. De koude en de lauwe Christenen zullen zich plotseling gaan haasten, in een wanhopige poging om alle verloren tijd goed te maken. Ze zullen bij hun voorgangers pleiten: "Help me, ik weet niet wat ik moet doen. Ik ben geestelijk dood. Alstublieft, vertel me hoe ik hier mee om kan gaan". Maar veel van deze predikanten zullen net zo verward en verbijsterd zijn als hun schapen.

Jezus heeft ons al in Zijn gelijkenis gewaarschuwd: "Toen zij weg waren om olie te kopen, kwam de bruidegom" (Matteüs 25:10). De wijze maagden hadden de dwaze maagden gezegd dat ze zelf maar olie moesten kopen. Maar terwijl de dwaze maagden weg waren, kwam de bruidegom.

Wanneer dat moment komt hebben we geen tijd meer om het karakter van Christus te ontwikkelen in onze ziel. We zullen geen tijd hebben om geestelijke bronnen op te bouwen. En het zal de sluimerende Christen beginnen te dagen dat ze niet voorbereid waren. Ze zullen het in angst uitschreeuwen: "Ik ben leeg, droog. Ik heb al mijn tijd vergooid in het najagen van dwaze dingen, ik heb mijn leven verspild! De Heer verschijnt en ik ben er niet klaar voor".

Terwijl de bruidegom de deur sluit werden de dwaze maagden buitengesloten, roepende: "Heer, open de deur, laat ons naar binnen". Maar de bruidegom antwoord: "Ik ken jullie niet" (25:12). Wat een beangstigend vooruitzicht! Op dat moment kan er niets anders gezegd worden, er kan geen verder beroep meer gemaakt worden. De Heer verklaart: "de deur is dicht".

Hier is het bewijs in de woorden van Christus dat alleen werkelijk, verlostte gelovigen toegang zullen hebben. Een ieder die geprobeerd heeft zich vast te klampen aan zonde in deze wereld - die alleen Zijn naam wilden maar niet Zijn liefde - zullen buitengesloten worden.

Laat me u nu het goede nieuws geven

Het goede nieuws is dat er nog steeds tijd is, de deur is nog steeds open. En het grootste verlangen van de Heer is dat u naast Hem zult zitten bij het bruiloftsmaal van het Lam. Hij houdt van u, ook terwijl u nalatig bent. En wanneer u eerlijk bent, zult u het eens zijn met Zijn Woord: "Ja, deze gelijkenis beschrijft mij. Ik ben traag geworden, ik wil geen dwaze maagd zijn en afdrijven. Ik wil klaar zijn terwijl de dag van de Heer nadert".

Als u een wijze maagd wilt zijn zijn er twee stappen die u moet maken. Het zijn simpele stappen, maar ze moeten niet over het hoofd gezien worden als u zich onder de wijze maagden wilt begeven:

1. Maak Christus het centrum van uw gedachteleven. Laat de Heer in al uw gedachtes zijn. Wanneer u 's morgens wakker wordt, fluister Zijn Naam. En wanneer u 's nachts naar bed gaat, roep Hem dan aan in gebed.

"Voorts, broeders, al wat waar, al wat waardig, al wat rechtvaardig is, al wat rein, al wat beminnelijk, al wat welluidend is, al wat deugd heet en lof verdient, bedenkt dat" (Filippenzen 4:8). Laat dit vers de basis zijn van een eenvoudig, dagelijks gebedsleven: "Jezus, U bent waar, waardig, rechtvaardig, rein en beminnelijk. U bent mijn Goede Nieuws".

Paulus schrijft: "De Heer weet dat de gedachten van de wijzen niets voorstellen" (1 Korintiërs 3:20). God kent al uw gedachten, Hij weet van iedere keer dat u aan Hem denkt. Dus geef Hem al uw "dank U" gedachten.

2. Bid gedurende de dag, "Heer, wees genadig met mij". Dit simpele gebed is de olie voor uw lamp. Dit dagelijks bidden is een begin van uw voorbereiding op uw ontmoeting met de Heer. U vertelt God, "Vader, ik ben het niet waard om Uw Naam te dragen. Ik heb Uw genade nodig. Ik realiseer me dat ik niet ben wat ik dacht te zijn. Ik dacht dat ik aardig goed was. Maar wat voor minimale goedheid dat ook was, het heeft me niets gebracht. Het is als vuile vodden in uw ogen. Ik weet dat ik niet gered kan worden door mijn eigen goede werken. Ik heb Uw genade nodig, ik verneder mezelf voor Uw aangezicht. Heer, wees genadig met mij".

Toen de tollenaar dit gebed voor het eerst bad zei Jezus over hem: "ik zeg u: deze man, en niet de Farizeeër, ging vrij van schuld naar huis" (Lucas 18:14). Met andere woorden, hier was iemand voor wie Jezus de deur zal openen.

"Een tweede maal zal hij, bevrijd van de zondelast, verschijnen aan allen die naar hem uitzien, en hun verlossing brengen" (Hebreeën 9:28). Laat me u nog een laatste vraag stellen: kijkt u uit naar Zijn terugkeer? Verlangt u ernaar Hem te zien?

Bekeert u, en besluit om Jezus te zoeken met uw gehele hart, met al uw gedachten, geheel uw ziel en al uw kracht. Hij beloofd dat wanneer u dat doet, dat u Hem zeker zult vinden. Hij zal iedere deur voor u openen.

Technische realisatie: kerkSPOT